Dr. Antonio Alberola, Hoofd van de afdeling Algemene Chirurgie en tevens coördinator en verantwoordelijk voor de Robotchirurgie da Vinci Xi legt in een recent interview met Sandra Gallarte van Gestiona Radio uit, wat de robotchirurgie inhoudt en welke voordelen deze heeft ten opzichte van voorgaande methodes.
De methode da Vinci is op dit moment de enige beschikbare technologie waarmee werkelijke robotchirurgie kan worden uitgevoerd.
De robotchirurgie da Vinci is de laatste ontwikeling op gebied van minimaal invasieve chirurgie en is de opvolger van laparoscopie. De chirurg opereert niet met zijn handen maar d.m.v. een afstandsbediening dat wordt bedient vanuit een panel in de OK-ruimte. Het computer systeem voert de operatie uit vía de armen van de robot.
“Robotchirurgie is een evolutie op de laparascopie. Doordat de operaties d.m.v. een robotsysteem worden uitgevoerd wint men in veiligheid en precisie zowel voor patiënt als voor de chirurg, behaalt men betere resultaten en wordt de herstelperiode voor de patiënt aanzienlijk korter” aldus Dr. Antonio Alberola Soler.
Op de vraag of de robot zelfstandig opereert antwoordt dr. Alberola: Uiteraard niet. Het is een ervaren chirurg die opereert. Het enige wat de robot doet is het overbrengen van de bewegingen van de chirurg. Met deze methode worden fouten maximaal beperkt. De natuurlijke trillingen die elke mens heeft, inclusief de meest ervaren chirurg, worden vermeden waardoor de operatie met milimetrische precisie kan worden uitgevoerd”
Het robotsysteem da Vinci Xi bestaat uit een chirurgische panel, de kar van de patiënt en de zichttoren. Het panel dient als bedieningsruimte vanuit waar de chirurg het fiberglass en de instrumenten, door middel van twee joy-sticks en pedalen, controleert.
De kar van de patiënt is het operatieve onderdeel van de da Vinci en bestaat uit vier mobiele en wisselbare armen die het fiberglass ondersteunen en instrumenten van 5 tot maximaal 8 milimeter.
Tenslotte worden er vanuit de zichttoren de beelden in kaart gebracht.
“De chirurg opereert met behulp van een panel die hem een binoculair zicht in 3 D biedt met vergrotingen van maximaal 10 x. Het is alsof je binnen in de patient zit”, vertelt Dr. Alberola. “Bij robotchirurgie zijn de slangen en tangen, in tegenstelling dan bij laparoscopische chirurgie, flexible waardoor men makkelijker bij complexere plekken komt.”
Nieuwe toepassingen van robotchirurgie
Naast het gebruik bij de genoemde specialismen urologie, gynaecologie en maag en spijsverteringsstelsel, waarbij het is bewezen dat robotchirurgie effectiever is dan andere methodes, wordt robotchirurgie steeds meer toegepast bij andere specialismen, met name KNO en cardiologie.
Dr. Alberola vertelt, “tegenwoordig wordt de da Vinci, succesvol toegepast bij KNO operaties en met name bij die moeilijke operaties zoals tumoren aan tong en keel waarbij een zeer preciese ingreep noodzakelijk is. Ook bij slap-apneu’s, alhoewel anecdotisch wordt het toegepast. Tenslotte worden ook hartkleppen inmiddels met robortchirurgie vervangen.”
Robotchirurgie en nabehandeling
Zeer belangrijk voor de patiënt is het herstel. Volgens onderzoeken is gebleken dat bij robotchirurgie de opname in het ziekenhuis wordt verminderd en dat men sneller terug kan keren naar een normale activiteit. Bovendien is de pijn gedurende de herstelperiode aanzienlijk minder.
Dr. Alberola geeft aan “het herstel bij robotchirurgie komt eigenlijk overeen met die van laparoscopische operaties. Echter doordat de ingrepen nauwkeuriger worden uitgevoerd door de robot worden onbedoelde bewegingen vermeden waardoor kans op bloedingen wordt vermindert en dus het herstel sneller gaat en ontslag uit ziekenhuis dus ook”
De verzekeraars komen er op haar beurt steeds meer achter dat het wetenschappelijk is bewezen dat robotchirurgie goed is voor de patiënt en dat het daarom interessant is om deze chirurgie op te nemen in hun aanbod. Daarom nemen verzekeraars deze voorwaarden steeds vaker op in hun polisvoorwaarden.
De toepassing van robotchirurgie groeit jaarlijks exponentieel, en nu dat verzekeraars het steeds vaker opnemen in hun dekking is de verwachting dat het aantal ingrepen aanzienlijk gaat stijgen met name bij ingrepen aan prostaat, karteldarm en baarmoederhals.